qibtii 11

04-11-2012 13:15

Oefening 61

Oefening 62

Oefening 63

Mijn ouders kopen een nieuw huis.
Mijn ouders zijn erg gelukkig met elkaar
Mijn ouders zijn met vakantie naar Marokko
Mijn schoonvader heeft met de hond gewandeld.
Mijn schoonvader wandelde elke avond met de hond.
Mijn schoonvader wandelt elke avond met de hond.
Mijn sleutels liggen nog thuis
Mijn tante uit Amerika komt overmorgen
Mijn vader heeft gisteren mijn haar geknipt
Mijn vader is achter in de vijftig

Mijn vader werkt bij de supermarkt
Mijn vriend is gek op speelfilms
Mijn vriend wacht buiten op mij
Mijn vriendin is aan het werk.
Mijn vriendin woont om de hoek
Mijn vriendin zit te werken.
Mijn vriendin is bezig met werken.
Mijn vrouw past op de kinderen
Mijn zoontje was in tranen
Mijn zusje huilt bijna elke dag

Mijn zusje van vier gaat naar de crèche
Mijn zusje vouwt de was op
Mijn zussen praten over ditjes en datjes
Moeder doet boodschappen, ze koopt rijst en groente.
Moet je horen wat er in de krant staat.
Morgen is er weer een dag.
Morgen moet hij op voor het examen
Morgen neem ik een vrije dag.
Na regen komt zonneschijn.
Naar mijn mening wordt niet gevraagd

 

Oefening 64

Oefening 65

Oefening 66

Naar welke school gaat uw kind na de basisschool?
Naar wie waren zij aan het luisteren?
Nederland en Duitsland hebben tegen elkaar gevochten
Nederland heeft de dichtste bevolking van Europa
Nee hè, daar gaan we weer.
Neem je dan gelijk wat melk mee ?
Neem jij de telefoon even aan ?
Neem jij wat geld mee?
Niet met volle mond praten
Nieuwe bezems vegen schoon.

Om twaalf uur is het tijd om naar huis te gaan
Onze dochter is al 15 jaar getrouwd
Onze flat kijkt uit op de markt
Onze kinderen hebben nog 1 oma
Oorlog is het tegenovergestelde van vrede
Op de basisschool zitten kinderen tot 12 jaar
Op de fiets moet je uitkijken voor auto’s
Op de markt koopt zij altijd sinaasappels
Op donderdag heb ik pianoles
Op mijn school zitten 1200 leerlingen

Op woensdagmiddag zijn de schoolkinderen vrij
Op zaterdag gaan we altijd naar de markt
Op zondag zijn bijna alle winkels gesloten
Opa gaat naar Amsterdam, hij gaat naar het consulaat.
Opschieten! Tijd is geld
Over een half uur komt er weer een vliegtuig.
Over koetjes en kalfjes praten.
Pas goed op je broertje
Pas op dat je niet valt
Pas op! Voorzichtig