Is er vanavond nog wat op de televisie ?
Is het goed als ik wat later kom ?
Jan doet soms suiker door de soep
Jan haastte zich om de trein halen.
Jan is liever buiten dan binnen
Jan krijgt geen genoeg van zwemmen
Jan snijdt met het mes.
Jan snijdt zich met het mes.
Jan staat naar de televisie te kijken
Je geeft het energiebedrijf een machtiging
|
Je hebt groot gelijk
Je hoeft bij deze dokter niet te wachten
Je kunt geen ijzer met handen breken.
Je kunt geld storten op een rekening
Je kunt het beste automatisch betalen
Je kunt ook telefonisch een afspraak maken
Je mag hier maar 80 rijden
Je mag in de bus niet roken
Je moest die zaden niet eten.
Je moet daarvoor op het postkantoor zijn
|
Je moet geen oude koeien uit de sloot halen
Je moet hem ’s morgens met rust laten
Je moet je niet met die jongen inlaten
Je moet niet zo uit je slof schieten
Je moet onder aan de bladzijde kijken
Je ontmoet gewoonlijk allerlei soorten mensen.
Je weet wel, zo‘n kleine computer
Je zal je niet met mijn werk bemoeien.
Je zoekt dan in je portemonnee klein geld
Je zou eens beter op je woorden moeten letten.
|